Participatie energietransitie? Samen bouwen aan een duurzame beweging. De energietransitie is een van de grootste uitdagingen én een van de grootste kansen van onze tijd. We moeten overstappen op duurzame energiebronnen en onze CO2-voetafdruk verkleinen om een groene toekomst te creëren. De betrokkenheid van burgers is daarbij onmisbaar. Hoe beweeg je bewoners, burgers en andere betrokkenen om met ideeën te komen, mee te praten en zich in te zetten voor een gezamenlijk gedragen beleid? Met als resultaat:

1. Sterkere gemeenschapsbanden door inclusieve participatieprocessen
2. Betere publieke acceptatie van duurzame projecten dankzij transparantie
3. Innovatieve oplossingen door lokale kennis en expertise te benutten

80 tot 95% minder broeikasgasemissies in 2050

Er ligt een enorme uitdaging voor overheden, om de emissies van broeikasgassen in 2050 met 80 tot 95% te verminderen ten opzichte van 1990. Dat vraagt om participatie voor de energietransitie, omdat burgers mee moeten bewegen.

Het Planbureau voor de Leefomgeving ziet vooral uitdagingen in de landbouw en industrie, omdat daar de grootste beweging vandaan moet komen. Er is een aanzienlijke vermindering van CO2-uitstoot nodig, plus het optimaliseren van het energiesysteem om efficiënter en meer koolstofarm te worden. 

Concrete oplossingen zijn duidelijk, zoals verbeterde isolatie in de gebouwde omgeving, efficiëntere voer-, vaar- en vliegtuigen in verkeer en transport en elektrische warmtepompen, biobased chemie en nieuwe processen voor productie. Maar, hoe zorg je voor brede participatie in de energietransitie?

Participatie energietransitie: door servicegerichte benadering

Consumenten ervaren uitdagingen, bij de overstap naar duurzame alternatieven voor energie. Er is sprake van veel onzekerheid, bijvoorbeeld over beschikbare subsidies, lange levertijden en een tekort aan materialen en vakmensen. Daarnaast is het vertrouwen in energieleveranciers laag.

Een rapport door EY benadrukt dat energiebedrijven hun rol opnieuw zullen moeten vormgeven. Het is aan hen om de participatie voor de energietransitie te verbeteren, door zich te richten op hun dienstverlening en klantgerichtheid. Het is belangrijk om de consument centraal te stellen, vanuit een servicegerichte houding. 

Die verantwoordelijkheid voor energiebedrijven geldt breder, bijvoorbeeld voor overheden. Het is belangrijk dat burgers vertrouwen hebben in de instanties die werken aan de energietransitie. Alleen op die manier lukt het om de participatie te verbeteren.

Dat vraagt om een verschuiving van een productgedreven naar een servicegedreven houding en aanpak. Het is belangrijk om goederen en leveringen te koppelen aan dienstverlening. Vanuit een adviserende rol kan er een aanspreekpunt ontstaan, voor ondersteuning en probleemoplossing. Dat draagt bij aan het vertrouwen dat er nodig is, bijvoorbeeld vanuit transparantie over de mogelijkheden om de transitie naar duurzame energie mogelijk te maken.  

Aan de slag met FitFor55

Zowel Nederland als de Europese Unie hebben ambitieuze klimaatdoelen en -projecten ontwikkeld. De komende tijd moet participatie voor de energietransitie bijdragen aan het daadwerkelijk behalen van de gestelde doelen. Zonder de participatie van burgers lijkt dat haast onmogelijk.

Een belangrijk onderdeel van de EU-inspanningen is het pakket voor FitFor55. Het is een van de meest ambitieuze klimaatpakketten ter wereld. Die streeft naar een vermindering van de CO2-uitstoot van 55% ten opzichte van het niveau in 1990. Bovendien wordt de Renewable Energy Directive van de EU herzien. Die stelt nu dat in 2030 minimaal 42% van al het energieverbruik uit hernieuwbare bronnen moet komen. Daarnaast moet 29% van de energie in de mobiliteitssector hernieuwbaar zijn.

Het onderstreept de veelzijdigheid en complexiteit van de energietransitie, die daarom vraagt om participatie. Alleen de combinatie van technologische innovatie, maatschappelijke veranderingen en beleidsmaatregelen met een breed draagvlak lijken geschikt om de plannen werkelijkheid te maken. Zo bewegen we samen naar een duurzamer energiesysteem, waarbij burgers een heel belangrijke actieve rol spelen. 

G20 verantwoordelijk voor 70% van CO2-emissies

De G20-economieën zijn volgens een rapport van het International Renawable Energy Agency  IRENA verantwoordelijk voor 70% van alle CO2-emissies. Dat betekent dat we in deze landen aan de slag moeten met participatie voor de energietransitie. 

Nederland is geen vast lid van de G20, maar wel vaak als gast uitgenodigd tijdens de bijeenkomsten. Door in Nederland in te zetten op participatie voor de energietransitie laten we zien dat dit de weg voorwaarts is. Als het hier lukt om vanuit een breed draagvlak veranderingen voor elkaar te krijgen kan dat een inspiratie zijn voor andere vervuilende economieën. 

Participatie voor de energietransitie biedt de beste kans om veranderingen op grote schaal door te voeren. De betrokkenheid, saamhorigheid en het uiteindelijke ambassadeurschap van bewoners en burgers creëert een vliegwiel, waardoor veranderingen veel sneller aan grote verbeteringen bijdragen. 

Aan de slag met participatie voor de energietransitie

Benieuwd welke mogelijkheden wij zien om de participatie voor de energietransitie op gang te brengen? Of om die verder te versterken, bijvoorbeeld vanuit het vertrouwen in transparante plannen? Dat is waar we iedere dag mee bezig zijn, bijvoorbeeld voor gemeenten, provincies en andere overheden. Stel ons je vragen, dan vertellen we graag meer over de kansen die we zien.